Luchtbed

Op een mooie zomerdag in de duinen van Vlieland leerde ik iets heel bijzonders. Een methode om je lichaam energiek te maken, met zuurstof. Een reeks ademhalingsoefeningen waarbij je jezelf oppompt als een luchtbed. Je ademt lang in en kort uit. Na 35 keer dat gedaan te hebben, blaas je uit en hou je je mond en neus dicht. Je houdt je adem uit, niet in. Dat doe je zo lang mogelijk. Dan adem je diep in en houdt dat zo’n 20 tellen vast, adem in dus. Dat is een serie en daar doe je er vier van. Daarna doe je nog wat fysieke oefeningen. Ik doe dan planken en opdrukken. En koud afdouchen als kers op de taart. Zo pomp ik mijn lichaam elke ochtend vol zuurstof. Het geeft me energie en zin in de dag.

Ik doe deze oefeningen nu een jaar lang een paar keer per week. Het voelt raar, want ik ken niet veel mensen die dit doen. Sommigen doen elke dag yoga, gaan naar de sportschool of zwemmen. Andere mediteren elke dag. Maar dit werkt voor mij. De resultaten van de oefeningen hou ik bij in mijn telefoon. Een overzichtje van mijn bloeddruk, aantal seconden adem uit gehouden tijdens de vier series, de duur van de hoge plank en aantal keren opdrukken. Ik kan dus zien wanneer ik ze gedaan heb. Bij uitzondering doe ik ze wel eens een week niet. Tijdens een vakantie bijvoorbeeld.

Wat leuk is aan het bijhouden van de resultaten is dat ik kan zien dat ik soms wel tot twee en halve minuut mijn adem kan vasthouden, of uithouden. Dat geeft een enorme kick. Ik raak niet in paniek en het voel een beetje als het onder water gevoel bij duiken. Soms lukt het niet zo goed en kom ik niet verder dan anderhalve minuut. Dan moet ik echt inademen en kan dat hooguit een paar seconden uitstellen. Meestal ben ik dan moe of slecht geconcentreerd. Helemaal prima, want het is geen wedstrijd.

De oefeningen geven me extra zuurstof voor ongeveer acht uur. Als ik een lange dag maak, doe ik soms nog een paar oefeningen tussendoor. Niet de hele set van vier, maar wel een aantal keer diep in en kort uit. Even vasthouden. En weer door. Ongelofelijk hoe een simpele ademhalingsoefening me kan oppompen als een luchtbed.

Alleen aan een sloot

Vier dagen zit ik aan een sloot. In een natuurhuisje op een eilandje tussen de kwekerijen bij Hazerswoude. Bij een brug werd ik opgehaald door de eigenaren. Zij wonen op het eilandje in het grote huis, ik huur het Tiny house in hun schuur. Met een fluisterbootje tuffen we naar het eilandje. Tussen de waterlelies en het riet komt het huisje in zicht.

Nog nooit was ik alleen op reis. Oké, toen ik 18 was, ging ik naar een gezin in Londen als au pair. Daarna naar een studentenhuis en toen samenwonen. Inmiddels woon ik met mijn gezin bestaande uit man, twee kinderen en een au pair. In de vakanties gaan we met z’n vieren of vijven op stap. Sportweekenden doe ik met een groep, zoals racefietsen. Soms ga ik een weekend weg met mijn lief.

Waarom ben ik nu alleen in dit natuurhuisje? Ik wilde rust en ruimte om creatief te kunnen zijn. De ideeën voor blogs, mijn website en fotografie borrelen regelmatig op. Ik neem soms tijd om te schrijven en fotograferen. Maar niet vaak genoeg om echt tot een verdieping te komen. Door mijn vele rollen zoals moeder, medewerker, vrijwilliger, lukt het me niet om wat langer tijd te nemen voor mijn creatieve hobby’s.

Dus nam ik een paar weken zomervakantie en boekte een natuurhuisje voor vier nachten. De eerste dag was mijn oudste zoon mee. Dat was natuurlijk fijn, samen zwemmen, varen, spelen. Maar mijn creativiteit was nul. Ik had er geen tijd en ruimte voor. Dus toen hij vertrok wou ik meteen aan de slag. Ik zat aan mijn sloot en het lukte niet. Ik was alleen, verdrietig en eenzaam. Geen ideale omstandigheden om te schrijven.

Dus nam ik tijd voor mezelf. Ik kookte een lekker maal, keek een serie en luisterde muziek. Ging laat naar bed en liet de creativiteit maar even zitten. De volgende ochtend om zes uur zag ik de zon opkomen. Ik genoot, met mijn camera in de hand, op de steiger van mijn sloot. De vogels trokken zich weinig van me aan en ik kon heerlijk plaatjes schieten. De kleuren waren zo magisch mooi. Aan de oostkant van de sloot oranje en aan de westkant lichtblauw. De hele dag lezen, fotograferen, schrijven, hardlopen. En ik genoot. Voelde me alleen, maar niet eenzaam.

Op mijn sloot voeren af en toe wat bootjes voorbij. Maar meestal was hij stil. De golven, de waterplanten en vogels waren er altijd. Ik kan er uren naar kijken. Heel dynamisch, mijn sloot. Hij is de weg naar huis, naar mijn fiets en de bewoonde wereld. Maar ook de buffer om dat alles op afstand te houden.

De derde dag om zes uur zag ik weer de zon opkomen. Deze keer genoot ik zonder camera en mijn schrijversader sprong open. Voor het ontbijt al twee blogs geschreven. Toen ik ging zwemmen, schrok ik.  Meerdere dobbers versperden mijn weg. Vier roeiboten met vissers versperden mijn weg. De rust van mijn sloot werd ruw verstoord, door sigaretten, geklets  en commentaar op mij. Ik besloot toch maar te gaan zwemmen. Nog een uur lang verstoorden de vissers mijn rust. Ik zette een muziekje op en besloot ze te negeren. In de zon op het terras begon ik weer te schrijven.

En toen was mijn sloot weer leeg. Voor mij alleen, en de vogels. Ik denk dat ik nog wel eens terug kom bij mijn sloot. Hij is zo lekker rustig. En daar word ik dan weer rustig van, en creatief.

Welkom bij Wat Marieke Beweegt

Vanaf vandaag deel ik op Wat Marieke Beweegt mijn verhalen met jullie. En omdat ik ook van mooie beelden hou, zal ik ook wat van mijn foto’s laten zien. Beide zijn voor mij hobby’s. In het dagelijks leven ben ik milieubeleidsadviseur, moeder, vrouw van etc.

Zonsopgang bij Secret garden, Hazerswoude

Vlinder

Ik wil van alles en altijd. Als een soort vlinder fladder ik van de ene bloem (boek lezen) naar de andere (facebook checken) naar de volgende (muziekje luisteren). In mijn hoofd zitten allerlei wensen en verlangens, die zich constant aandienen en aan me opdringen. Concentreren is niet een van mijn sterke kanten. Enthousiast stort ik me op een nieuw boek. Maar ja, dat tijdschrift wat er nog lag is toch ook wel leuk.

Het is natuurlijk ook heerlijk om veel leuke dingen te doen. Ik ben gek op lezen, muziek luisteren en zingen, films en series kijken, schrijven, fotograferen, spelletjes doen. En sporten natuurlijk. Lekker koken en bakken. En ik doe dus zoveel mogelijk dingen op een dag. Ook praat ik graag, met iedereen. Vertel over al die leuke dingen die ik doe. En schijf er over in mijn blogs. Deel foto’s en verhalen op Facebook en Instagram. Heerlijk!

Maar soms moet er iets af gemaakt worden. Van een ovenschotel tot een projectverslag. Of de belastingaangifte, een fotoboek. Een gedicht en surprise voor Sinterklaas. En dan ga ik toch tussendoor even de muziek aan zetten. Of whats appen met mijn zus. Even de kinderen helpen met hun huiswerk. De vaatwasser uitruimen. Hoe drukker ik het heb, hoe meer ik merk dat ik moet focussen. Me concentreren op waar ik op dat moment mee bezig ben. En niet laten afleiden.

Als het dan lukt om iets echt af te maken en dan pas het volgende te doen, ben ik trots. Ik kan het namelijk wel. Ik moet alleen soms wat strenger voor mezelf zijn. Niet in de val trappen van allerlei leuke dingen tussendoor. Lang geleden deed ik een cursus Benedictijns leven en werken. In een klooster leerde ik een dag lang hoe je meer structuur in je dag kan brengen, door biokkenschema’s te maken. Benedictijnen zijn heel gestructureerd: 8 uur slaap, 8 uur bidden en 8 uur werken per dag.  En ik leerde hoe je gebruik kan maken van het feit dat je een avondmens bent. Hoe je leert met ademhaling en concentratie oefeningen je focus er bij te houden. En soms moet ik weer een terug naar mijn blokkenschema’s. Het is wat saai, maar het helpt wel.

En terwijl ik dit zit te schrijven, zoemt mijn telefoon. Een notificatie van het AD. Ik ben geïrriteerd, waarom had ik dat aan gezet? Ik ga meteen naar instelingen en zet de notificaties uit. Zo, dat is opgelost. Vlinder zijn, prima, maar ik zit nu even lekker te typen. In mijn ooghoek zie ik eenden zwemmen, op een prachtige sloot terwijl de zon opkomt. Ik zou foto’s kunnen gaan maken. Maar ik zit zo lekker te schrijven.

Als kind was mijn lievelingsdier een rups. Ik ving ze, stopte ze in een pot met hun favoriete blaadjes en zag ze groeien, tot ze een cocon maakten en uiteindelijk werden ze een vlinder. En ik hou ook enorm van vlinders. Ze zijn zo vrolijk, zoals ze rondfladderen, van bloem naar bloem. Mooie kleuren en heel fragiel. Soms zit er een op mijn been. Heel even geniet ik van het moment. De vlinder zit eerst met haar vleugels uitgeklapt. Ze klapt ze even dicht en laat de onderkant van haar vleugels zien. Bruin met ongeveer hetzelfde patroon als op de bovenkant. En dan klapt ze ze weer open en vliegt weg, naar een bloem verderop.

Een vlinder zijn klinkt mooi. Maar ik ben ik, een mens. Een vrolijk, gedreven, enthousiaste vrouw. De focus ligt nu op mij en doen wat ik wil. Niet van alles en nog wat-jes. Maar het schrijven van blogs. Welkom in mijn wereld.